oefenen (1)
“Nadenken, hoe moest het nog maar, waar opletten. Denk aan de driehoek, het heeft allemaal met elkaar te maken Als je dit doet, dan gebeurt er dat….”
“Nadenken, hoe moest het nog maar, waar opletten. Denk aan de driehoek, het heeft allemaal met elkaar te maken Als je dit doet, dan gebeurt er dat….”